Ingrediënten
- 3 zakjes voorgekookte krieltjes
- peper
- zout
- 1 tl korianderpoeder (ketoembar)
- 0.5 tl komijn (djinten)
- 1 ui
- 1 teen knoflook
- voor de saté
- 400 gr kipfilet
- 1 teen knoflook
- mespuntje trassi
- 1 tl korianderpoeder
- 0.5 tl komijn
- peper
- zout
- 1 bakje satésaus
Variatietips
- Maak de satésaus zelf als je wat meer tijd hebt.
- Neem aardappelschijfjes i.p.v. krieltjes.
- Eet er eens sperziebonen bij i.p.v. een salade.
Bereiding
Stap 1
Snipper de ui en pers de knoflook uit. Fruit deze aan in wat (wok)olie in een wok. Voeg de krieltjes toe en bak eventjes voor een paar minuten. Dan een deksel erop doen en op halfhoog vuur laten sudderen tot de aardappeltjes gaar zijn (bij mij duurt dat altijd iets van een half uur, nooit 10 minuten zoals op de verpakking staat ). 5 minuten voor het einde de korianderpoeder, komijn en zout en peper naar smaak toevoegen. De kipfilet in blokjes snijden en mengen met de koriander, fijngemaakte trassi, geperste knoflook, komijn en zout en peper. Goed mengen en een tijdje laten marineren. De stokjes laten weken in water zodat ze niet verbranden. Dan de stukjes kip op de stokjes doen en op de grillpan of onder de grill gaar laten worden (ong. 10 minuten). Verwarm ondertussen de satésaus. Serveer de aardappeltjes met de kipsaté en salade en bestrooi met seroendeng.
Variatietips
- Maak de satésaus zelf als je wat meer tijd hebt.
- Neem aardappelschijfjes i.p.v. krieltjes.
- Eet er eens sperziebonen bij i.p.v. een salade.